Zonnig kamperen op Sicilië

Als je gaat kamperen buiten het hoogseizoen en toch verzekerd wilt zijn van zomerse temperaturen en ultiem vakantiegevoel, dan vallen er flink wat bestemmingen af. Na de Algarve en Zuid-Spanje besloten we afgelopen najaar af te reizen naar Sicilië en dat is ons bijzonder goed bevallen!



Twee weken voor vertrek: volgens de nieuwsberichten staat de Etna op uitbarsten. We houden met spanning het journaal in de gaten. Maar, geen nieuws is goed nieuws en dus vertrekken we naar het schiereiland in de Middellandse Zee. Direct na de oversteek vanuit de neus van de laars begint onze vakantie met een bezoek aan diezelfde Etna, die ook bij de lokale bewoners al weken het praatje van de dag is.

Etna
De vulkaan, die sinds 2013 op de Unesco Werelderfgoedlijst staat, blijkt één van de actiefste vulkanen in Europa en is sinds 2011 continu actief. Soms wat actiever dan anders, ontdekken we als de pompbediende ons een filmpje op zijn mobieltje laat zien. In dat filmpje spuwt de berg lava als een malle, zo de donkere nacht in. Toch lijkt de bevolking er redelijk gelaten onder te zijn en daarom besluiten wij de vulkaan van dichterbij te bekijken. We rijden de berg op. Tijdens het weg omhoog rijden we afwisselend door flarden wolk en een strakblauwe hemel. Een landschap als hier hebben we niet eerder gezien. Rotsachtig, desolaat en zwart. Zou het lijken op een maanlandschap?



Eenmaal boven hebben we pech: de bewolking hangt dik om de top. Weg uitzicht op het eiland en weg vergezichten over het buitenaardse landschap. We kunnen nog verder omhoog naar ongeveer 2900 meter. Dat moet dan wel met de Starbus, een officiële bus van de overheid die het alleenrecht heeft op het vervoer op de Etna. Of lopend, onder begeleiding van een gids. Maar, als we hier niets zien door de dikke grijze wolken, dan moeten we het een andere keer maar proberen en dus keren we onverrichter zaken weer terug naar het dal. De vakantie is nog lang!

Taormina
Aan de voet van de Etna ligt onze volgende bestemming te wachten: Taormina. De stad ligt tegen de berg aangeplakt en blijkt behoorlijk toeristisch te zijn. Het is warm en dus besluiten we de stad met het oude theater pas laat in de middag te bezoeken. We genieten eerst van het uitzicht op Isola Bella, vanaf het kiezelstrand van Taormina. Het eiland is bij eb goed te bezoeken via een zandbank. Bij vloed kun je door het water waden of zwemmen. Sinds de jaren `90 is het eiland eigendom van de regio en is het een beschermd natuurgebied. Na een wandeling strijken we neer op een terrasje voor een heerlijk – maar toeristisch geprijsd – glas wijn.



Vanaf het strandje is het niet ver lopen naar de kabelbaan die je tot aan de rand van de binnenstad van het oude Taormina, boven op de berg, brengt. Een ideaal vervoermiddel, want op de doorgaande route lijkt de hele dag door file te staan. Via de oude stadspoort ‘Porta Messina’ wandelen we de winkelstraat Corso Umberto in en zien we prachtige oude gebouwen. Ga je van de hoofdroute af dan vind je in een achterliggende straat de Cosiddette Naumachie, overblijfselen van een oude Romeinse muur. Een stuk verderop genieten we van het uitzicht vanaf het grote plein en vanaf een bankje zien van de rommelige drukte om ons heen. Marktkoopmannen schuiven mee met de schaduw, goedgeklede dames voeren, wild gebarend, een druk gesprek en toeristen lopen af en aan om vooral op deze historische plek bij de kerk op de foto te gaan.



Ons besluit om pas aan het eind van de middag het Romeins theater te bezoeken blijkt een slimme zet. De busladingen vol toeristen hebben al koers gezet naar het hotel en dus is het hier nu een stuk rustiger. We kopen een kaartje en klimmen omhoog. De zonsondergang maakt de dag helemaal af.



Eettip: gemoedelijk en lekker eten? Wij werden in de watten gelegd bij Ristorante Pizzeria Taormina aan de Vico Teofane Cerameo 2 in hartje centrum. Compleet met neuriënde ober en fantastisch uitzicht over de baai!

Cefalù
Vanaf de oostkust reizen we naar het minder drukke Cefalù aan de noordkust. Hier komen we nog meer in de vakantiesfeer! Het is hier een stuk relaxter, heerlijke zandstranden en de prijzen op een terrasje zijn ook iets vriendelijker. Het stadje, een oud vissersplaatsje, dankt zijn naam aan de grote rots die onmiskenbaar boven de huizen uittorent. De naam betekent ‘hoofd’ in het Grieks en met een beetje verbeelding zien we een hoed in de rots. Op die rots ligt een wandelpad (entree €4) dat je tot 270 meter hoogte brengt en mooi uitzicht geeft over de baai en het eiland.



Cefalù ligt tegen die rots aangeplakt en ademt een historische sfeer. Smalle straatjes en steegjes, oude mannetjes die buiten zitten, en bij de plek waar de bootjes te water gelaten worden is het een drukte van belang. Het is dé ontmoetingsplek voor de inwoners. We struinen door de straten, kopen een paar souvenirs en strijken dan neer op het plein voor de Normandische kathedraal. Een plek waar de warmte van de dag nog lang blijft hangen en als de toeristen huiswaarts keren eten we hier heerlijk tussen de locals. We zijn zelfs getuige van een processie en voelen ons eventjes één met de locals. Wat een fijne plek, we komen er helemaal tot rust. Ook tot rust komen we er op het strand. Een echt zandstrand en dat is lang niet overal op het vulkanische eiland. De kust loopt hier geleidelijk af, dus even pootjebaden zorgt al snel voor lekkere verkoeling.



Wapen van Sicilië
Drie benen? Het is niet het eerste wapen met drie benen dat we op onze reizen tegenkomen: in Füssen (Duitsland), in Bretagne en op het eiland Man zagen we het eerder. Het blijkt dan ook een eeuwenoude Griekse triskelion te zijn. Het rad met de drie benen is al sinds de oudheid een geliefd symbool.



De Vikingen die in de 11de eeuw Sicilië veroverden brachten het symbool bijvoorbeeld naar het eiland Man. In de Keltische cultuur is het een symbool voor de drie-eenheid in de mens: de zon, aarde en maan, maar in het christelijk geloof staat het voor het voor ons meer bekende Vader, Zoon en Heilige Geest. In de vlag van Sicilië zijn de drie benen gecombineerd met het hoofd van Medusa en drie korenaren.

Palermo
Ook Palermo, de hoofdstad van de autonome regio Sicilië, brengen we een bezoek tijdens onze reis. Er wordt ons aangeraden met de trein te gaan en dus parkeren we de auto bij het treinstation, vlakbij de camping. De trein is een ideale manier om te reizen zonder stress en terwijl het landschap aan ons voorbij trekt zijn we binnen no-time in de stad.

Palermo is een echte studentenstad en dat merken we gelijk aan de gezellige drukte. We vergapen ons aan het indrukwekkende Piazza della Vittoria, met het Palazzo dei Normanni en de Koninklijke kapel ‘Capella Palatina’. Even verderop, aan het Piazza Bellini is de mooie Santa Maria dell’Ammiraglio te bewonderen. Het lijkt wel of alle volkeren, die het eiland ooit bezet hebben, hier hun stempel op gedrukt hebben als een historische graffiti. Het interieur wisselt Griekse en Aziatische, Normandische en Arabische details af. Eén van de meest diverse bouwwerken van Italië en volgens sommigen ook één van de mooiste kerken die het land rijk is.

Iets meer luguber, en daardoor minder geschikt voor kleine kinderen, is de Catacombe dei Cappucini. De begraafplaats werd eerst alleen gebruikt om de Kapucijner monniken te begraven, maar tegen betaling mochten ook niet-geestelijken er begraven worden. Je ziet er duizenden gemummificeerde personen, waarvan de meest recente dateert uit 1920 en nog volledig intact is. Een ervaring die ons koude rillingen bezorgt.



Om het bezoek aan Palermo af te maken, brengen we nog een bezoek aan de kathedraal van de stad die jaarlijks kan rekenen op miljoenen bezoekers. Terecht wat ons betreft, want het bouwwerk uit de 12de eeuw werd gebouwd in Arabisch-Normandische stijl en werd aan het einde van de 18de eeuw flink gerestaureerd. Het is een imposant bouwwerk waar ook juwelen en andere historische voorwerpen te zien zijn.

Tip: op zoek naar een rustpunt in de drukke stad? De grote, botanische tuin bij de universiteit, met aquarium, bloementuinen en kassen is een aanrader!

Zingaro
Na al die steden en gebouwen zijn we toe aan natuur en het geluid van vogels. Aan de noordkust ligt ook het Zingaro Natuur Reservaat en dus trekken we de wandelschoenen aan en vanaf de parkeerplaats bij Scopello gaan we op pad. Er zijn meerdere wandelroutes door het gebied en onze keuze valt op de Sentiero Principale. Een wandeling over het lagergelegen deel die zich langzaam omhoog slingert tot we prachtig uitzicht hebben op de kust en de Tyrreense Zee. Met een rugzak vol Italiaanse lekkernijen buigen we af naar een afgelegen rots strandje om te genieten van een picknick onder de Italiaanse zon. Een ontspannen einde van onze reis!

Camping Sporting Club | Mazara del Vallo
Je vindt op en rond camping Sporting Club werkelijk alle middelen voor een sportieve vakantie. Als je een voetballiefhebber bent kunt je een balletje trappen op het voetbalveld. Hier worden dagelijks toernooien georganiseerd. Daarnaast kun je ook een partijtje basketbal, volleybal, tafeltennis of tafelvoetbal spelen. Voor de kleine kinderen is er een minigolfbaan. De camping ligt direct aan de Arena rivier, niet ver van de zee. Dat betekent dat je je ook aan allerlei watersporten kunt wagen. Rondom camping Sporting Club is het heerlijk wandelen en paardrijden. Na al die actie is het heerlijk ontspannen op het nabijgelegen strand en kun je genieten van de Middellandse Zee. Iets verder weg vindt je het prachtige strand van Lido Tonnarella, dat bekend staat als het mooiste strand van Mazara. Je kunt ook plonsen in de twee zwembaden en genieten van een leesboek of een verfrissend drankje onder een rieten parasol drinken. Na een paar uur relaxen kun je meedoen met de water-aerobics. Kinderen spetteren erop los in het lagune bad óf sjezen keer op keer van de glijbanen in de kleurrijke speeltuinen. Is het onverhoopt frisjes of juist erg warm? Er is ook een leuke binnenspeeltuin. Oudere kids die een stoere activiteit willen uitproberen, kunnen gaan karten in de buurt. Camping Sporting Club organiseert elke dag transfer naar deze buitenkartbaan. 

Tekst & Beeld: Janine Klein